Aldeboarn kerktoren
Adresgegevens: Tsjerkebuorren 2, 8495 KH Aldeboarn
Kadastrale gegevens: gemeente Oldeboorn, sectie E, nummer 196
Monumentnummer: 35950
Omschrijving Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed:
Toren herbouwd in 1737. In de toren een klok uit 1526.
Luidklokken
De grote klok in de toren van Aldeboarn is van grote monumentale waarde en in 1526, gegoten door de bekende Kamper meesterklokkengieter Geert van Wou (1440-1527). Geert van Wou was in die periode één van de bekendste klokkengieters. Zijn klokken hangen onder meer in de Domtoren van Utrecht (1505) en in de Haarlemse Sint-Bavo (1503). De grote klok heeft een onderdoorsnede van 134 cm. en weegt ca. 1470 kg. De klok is voorzien van het opschrift: "IHESUS MARIA IOHANNUS GHERARDUS DE WOU ME FECIT ANNO DOMINI MCCCCCXXVI" (Ihesus Maria Iohannus was in die tijd een standaard opschrift, het kan goed zijn dat de klok destijds uit voorraad is geleverd)
In de Tweede Wereldoorlog is de klok uitgenomen en naar Duitsland getransporteerd. Na de oorlog is ze gelukkig terug gevonden en weer terug geplaatst.
De oorspronkelijke kleine klok dateerde uit 1767 en had een onderdoorsnede van ca. 110 cm. en een gewicht van ca. 743 kg. De klok was voorzien van het opschrift: "DESE KLOK IS GEGOTEN VOOR DEN DORPE OLDEBORNE IN DEN JARE 1767 DOOR I BORCHHARD TE ENCHUYSEN" De klok werd op 30 maart 1943 uitgenomen en naar Meppel getransporteerd. Ze is in de Tweede Wereldoorlog helaas verloren gegaan.
Middels een actie in het dorp is in 1991 een vervangende klok geplaatst. Een door de klokkengieterij Petit & Fritsen te Aarle-Rixtel in 1953, oorspronkelijk voor voormalige Hervormde Kerk in Zaandijk, gegoten klok. De klok heeft een onderdiameter van 103 cm. en een gewicht van ca. 690 kg.
Torenuurwerk
Het torenuurwerk is geleverd door J.L. de Looze (toen nog) te Amersfoort in 1907. Gezien het uiterlijk moet men denken aan een uurwerk wat gemaakt is door de Fa. Weule uit Bockenem Brd. Het grote uurwerk heeft twee slagwerken, het gaand werk functioneert met een elektrische opwindinrichting, de twee slagwerken worden elektrisch aangedreven.
Aldeboarn dorp
Aldeboarn is een dorp in de Gemeente Boarnsterhim in de Nederlandse provincie Fryslân. Het dorp telt een kleine 1450 inwoners. Aldeboarn is gelegen aan de weerszijden van het riviertje de Boorne en niet ver van de autosnelweg A32 en ligt dus tussen Heerenveen en Leeuwarden. Aldeboarn is aangewezen als beschermd dorpsgezicht en zeer de moeite waard om eens te bezoeken.
De geschiedenis
Aldeboarn was vanouds een handelsplaats aan de Boorne. Tot de gemeentelijke herindeling in 1984 maakte Aldeboarn, samen met de dorpen Akkrum, Akmarijp, Nes, Terhorne en Terkaple, deel uit van de voormalige gemeente Utingeradeel. Sinds 1989 is de officiële naam van het dorp het Friestalige Aldeboarn, tot 1989 was de officiële naam Oldeboorn. In de achtste eeuw waren er in Friesland twee grote plaatsen. Te weten Nordac (Dokkum) en Bordonchorn (Oldeboorn). Bordonchorn betekent zoiets als: "in de hoek van de Burdo". In de elfde eeuw is er zelfs een munt gevonden, met het opschrift: “Bordnere”. Onduidelijk is of Aldeboarn het recht van de munt heeft. Geheel zeker is dat namelijk niet. Bordnere had wel een jaarlijkse “Merckt” of een “Ommeganck”. Deze “Merkt” werd altijd gehouden 8 dagen na Pinksteren. Ook had Bordnere het recht van “Vrije Wage”. Dat betekent: “De Wage is de grietenije behorende. Ende mach mede niemant yets dat weeghbaar is, elders laten wegen, voor ende aleer het Waeggelt daer moet betaelt syn”.
Tot ongeveer l000 jaar geleden was Aldeboarn een belangrijke handelsplaats met druk handelsverkeer met andere landen. De rivier de Boarn was in het noorden van Nederland namelijk de grootste “verkeersader”. De Boarn kwam uit in de Middelzee, ongeveer ter hoogte van Rauwerd. Zo leert een paar eeuwen dorpsgeschiedenis ons, dat Aldeboarn veel Grootschippers heeft voortgebracht. De Grootschippers voeren op Holland, naar het Oostzee gebied en zelfs naar Groenland voor de Walvisvaart. Ook kende men in Aldeboarn nog: Veer- Koffe- Tjalk- en Smakschippers. Het schippersgebeuren hield weer in, dat in Aldeboarn veel schuitmakers en hellingen waren, maar ook smederijen en wieldraaiers (touwslagerijen). In Aldeboarn was ook het aantal kleine neringdoenden erg groot. In Aldeboarn was er huis aan huis wel een winkeltje te vinden. Deze bron van inkomsten was in Aldeboarn ook na de tweede wereldoorlog nog aanwezig en Aldeboarn had in vergelijking met andere dorpen heel wat middenstanders. Zo waren er in Aldeboarn nog 10 kruideniers, 10 bakkers, 5 slagers, 3 groenteboeren en 4 manufacturiers. Bovendien waren er op ongeveer 20 locaties nog andere activiteiten waar iets gemaakt of verkocht werd.
Tot in de 2e wereldoorlog waren er verschillende schippers die in Aldeboarn nog hun domicilie hadden. Ook was er nog een veerdienst en waren er een drietal vrachtrijders. In Aldeboarn was ook nog een busondernemer gevestigd. De groothandel "Spar" en de zuivelfabriek waren ooit de grootste werkgevers van Aldeboarn. Maar ook deze bedrijven verlieten Aldeboarn en toen al werd het er voor de middenstand niet beter op.
Gelukkig is Aldeboarn een springlevend dorp gebleven. Voor de eerste levensbehoeften hoeft men Aldeboarn niet te verlaten en over de aanwezigheid van grotere bedrijven hoeft men in Aldeboarn ook niet ontevreden te zijn. Daarnaast heeft Aldeboarn een bloeiend verenigingsleven. De sport maakt hiervan een belangrijk deel uit. Men kan in Aldeboarn gymnastieken, voetballen, tennissen, volleyballen, biljarten, roeien en er zijn denksporten, als dammen en bridgen.
Kerkelijk centrum
Van 1200 tot 1400 had Aldeboarn een belangrijk kerkelijk centrum. Zo stichtte de katholieke kerk er kloosters in deze streken en Borndego werd een Dekanaat, met Aldeboarn als zetel van de Dekenstoel. Rond l600 werd Aldeboarn in de volksmond genoemd: “Een groot en wel bestraat dorp met een schone Kerk en Toren”. Helaas werd in 1723 de toren van de turfstenen kerk uit de 13e eeuw -de moederkerk van het dekenaat Borndego- door bliksem verwoest. De huidige kerk dateert van 1753 en heeft unieke plafondschilderingen. Het beroemde orgel uit 1779 is geheel gerestaureerd. Over de bouw van de toren doet de volgende anekdote de ronde. In Aldeboarn wilde men de hoogste toren van Friesland hebben. Tzum had de hoogste toren van Friesland en dat betekende dat de toren van Aldeboarn hoger moest worden dan de toren van Tzum. Er werd besloten dat twee mannen naar Tzum moesten afreizen om te bepalen hoe hoog die toren in Tzum precies was. De mannen beklommen de toren en maten de hoogte met een touw. Omdat het al laat geworden was, bleven de mannen in de plaatselijke herberg van Tzum overnachten. Terwijl de beide mannen sliepen sneed de waardin een flink stuk van het touw af. De andere dag gingen de mannen weer terug naar Aldeboarn en kon de torenbouw worden afgemaakt. Met het gevolg dat de toren van Aldeboarn uiteindelijk toch lager bleek te zijn dan de toren van Tzum. De inwoners van Aldeboarn worden daarom "torenmeters" genoemd.
De Boarne
De Boarne vindt haar oorsprong in de laatste ijstijd door het smelten van het ijs. Dikke lagen ijs bedekten toen ook ons land. Op sommige plekken was het ijs wel 200 meter dik. Het landschap werd geschaafd door de druk van het glijdende ijs. Enorme stenen en massa’s grond werden door het glijdende ijs vanuit Scandinavië meegevoerd. De enorme stenen en grond bleven na het smelten van de ijstongen achter. Deze vooruitgeschoven grond en stenen zijn nog in grote stuwwallen te vinden. Ook het ijs op het Drentse Plateau smolt en het water werd afgevoerd naar lager gelegen stroken grond. Zo ontstond volgens overlevering 10.000 jaargeleden ook de Boarne. Voor personen die er in geïnteresseerd zijn, zijn de sporen van de watertransporten nog steeds goed zichtbaar in ons mooie landschap. Gelukkig is de Rijksdienst voor Oudheidkundig Onderzoek bezig met het onderzoeken en vastleggen van deze geschiedkundige gebeurtenissen.
(bron MIDDELPUNT)